De toekomstvisie komt op een goed moment. Dronten wordt in positie gebracht om grote maatschappelijke impact te gaan maken. We willen namelijk groeien naar een samenleving van 60.000 inwoners in 2050. Een groei van meer dan 30% ten opzichte van onze huidige situatie. Deze groei is hier rechts in een grafiek zichtbaar gemaakt, wanneer deze zich lineair zou voordoen. Een groeiambitie als deze betekent veel voor een gemeente van onze omvang. Er komt veel meer bij kijken dan alleen huizen bouwen. De (toekomstige) Drontense samenleving staat hierin voorop. Dit maakt dat de groeiambitie onze volledige aandacht heeft en om te zorgen dat hier een juiste invulling aan gegeven kan worden, is hier financieel ruimte voor gemaakt.

Separaat aan de groeiambitie hebben we de kans om onze jeugd te faciliteren met goed onderwijs. Wij hebben namelijk de mogelijkheid om bij de huisvesting van de nieuw te bouwen scholen en gymzalen rekening te houden met de wensen van onze inwoners en (maatschappelijke) partners. Het benutten van koppelkansen, waardoor kan worden bijgedragen aan meerdere maatschappelijk effecten, is iets wat we niet aan ons voorbij laten gaan.
Dat we in de komende jaren een groot verschil kunnen maken, geeft ons ook een grote verantwoordelijkheid. We brengen daarom meer focus aan op deze grote thema’s in deze Programmabegroting 2025. Een voorbeeld daarvan is dat de opgaven uit het Strategisch Maatschappelijk Vastgoedplan (SVP) opgenomen zijn in de investeringsopgave, met als doel ons financieel goed voor te bereiden. In deze begroting zijn de lasten die hiermee gemoeid gaan tot en met 2028 conform de huidige investeringsplanning verwerkt. De investeringsprojecten die uit het SVP voortvloeien zullen allemaal aan de raad worden voorgelegd.
We staan er financieel goed voor. Onze financiële kengetallen zijn allemaal positief en we beschikken over een gezonde structurele begroting voor 2025. Voor de jaren 2026-2028 zijn nog steeds structurele tekorten (de ravijnjaren). Het tekort wat bij de Perspectiefnota 2025 is gedeeld, is echter door een positieve Meicirculaire voor een groot deel teruggebracht. Dit verandert onze gedragslijn niet. We werken aan het versterken van ons inzicht in wat we willen bereiken en wat we daarvoor hebben te doen. Wanneer moeilijke keuzes gemaakt moeten worden, dan zijn we er klaar voor om vanuit verschillende scenario’s de keuzemogelijkheden inzichtelijk te maken.
Een laatste thema dat we specifiek willen benoemen zijn de ontwikkelingen in het sociaal domein. Het nieuwe beleidskader wordt in september 2024 door uw raad vastgesteld. Op basis hiervan worden de uitvoeringsplannen uitgewerkt die begin 2025 worden vastgesteld. Dat betekent dat een passend financieel kader niet meer in de begroting van 2025 is opgenomen. Het gevolg hiervan is dat de financiën uit de verlengde beleidsperiode voor een deel verlengd zijn naar 2025. Een passend financieel kader sociaal domein wordt aan u voorgelegd bij de perspectiefnota en begroting 2026 en volgende jaren.
Het nieuwe strategische beleidskader voor het sociaal domein betekent voor ons ook het leren werken in de lijn van effect gericht sturen. De veranderingen die door intensief samenspel van raad en college tot stand zijn gekomen, zullen niet van de één op de andere dag zichtbaar worden. Dit vraagt om geduld, het is niet direct voelbaar en meetbaar. Dat is lastig, want we willen direct het verschil maken. Maar het mooie is, als we het op een goede manier doen, zal het wel meetbaar en voelbaar worden. Dan zullen we meer ruimte en vrijheid ervaren. Dan zullen we uiteindelijk gaan zien dat meer inwoners werk hebben en een stabiel inkomen, meer kinderen goed onderwijs krijgen of meer ouderen zich gelukkig en gezond voelen.
Naast de grote thema’s wordt er op alle beleidsterreinen hard gewerkt om gepaste invulling te geven aan het tweede deel van het collegeprogramma. Zo wordt onder andere de bedrijfsvoering naar een kwalitatief hoger niveau gebracht. Daarmee zetten we in op een basis die hoort bij een gemeente die voor 60.000 inwoners wil zorgen. Hierbij laten we het niet na om nieuwe inzichten om te zetten in mogelijke verbeteracties, maar de nadruk ligt op datgene wat we doen goed te doen. Hiermee creëren we de rust en ruimte om te groeien. In het programmaplan wordt hier verder aandacht aan besteed. Dit doen we door te benoemen waar onze focus in 2025 (en verder) op zal liggen.